Duits
Uitgebreide vertaling voor breit (Duits) in het Engels
breit:
-
breit (breitschultrig)
-
breit (kräftig; stark; robust)
-
breit (detailliert; ausgearbeitet; ausführlich; umfangreich; groß; weit; aufwendig; dick; ausgedehnt; langstielig; weitgehend; großzügig; umständlich; eingehend; weitschweifig; vielumfassend; hell; stark; reichlich; geräumig; weitläufig; schwerfällig; gedehnt; behäbig; extensiv; haarklein)
elaborate; detailed; extensive; exhaustive; in detail; broad; expansive; widespread; wide-
elaborate bijvoeglijk naamwoord
-
detailed bijvoeglijk naamwoord
-
extensive bijvoeglijk naamwoord
-
exhaustive bijvoeglijk naamwoord
-
in detail bijwoord
-
broad bijvoeglijk naamwoord
-
expansive bijvoeglijk naamwoord
-
widespread bijvoeglijk naamwoord
-
wide bijvoeglijk naamwoord
-
-
breit (weit)
Vertaal Matrix voor breit:
Synoniemen voor "breit":
Wiktionary: breit
breit
Cross Translation:
adjective
breit
adjective
-
having a specified width
-
high on drugs
-
having a large physical extent from side to side
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• breit | → plentiful; abundant; copious; profuse; ample; full; rich; affluent; aplenty; extensive; spacious; vast; wide; broad; capacious; commodious; huge; open; lax; bulky; sizable; voluminous | ↔ ample — Qui dépasser en largeur et en longueur la mesure ordinaire. |
• breit | → wide; large; broad; abundant; copious; plentiful; profuse; ample; rich; affluent; aplenty; extensive; spacious; vast; capacious; commodious; huge; open; lax; bulky; sizable; voluminous | ↔ large — Qualifie un corps considérer dans l’extension qu’il a d’un de ses côtés à l’autre, lorsqu'on parle de sa plus petite longueur, par opposition à long. |