Overzicht
Duits naar Engels:   Meer gegevens...
  1. bandagieren:


Duits

Uitgebreide vertaling voor bandagieren (Duits) in het Engels

bandagieren: (*Woord en zin splitter gebruikt)

bandagieren:


Synoniemen voor "bandagieren":


Wiktionary: bandagieren

bandagieren
verb
  1. (transitiv) mit Bandagen umwickeln; eine Bandage anlegen
bandagieren
verb
  1. to apply a bandage to something

Cross Translation:
FromToVia
bandagieren bandage; bind; blindfold; flex; be stretched tight; strech; wind up; rack; strain; stress; tense; tighten; have a boner bander — (familier, fr) Occitanie|fr exaspérer, gonfler.
bandagieren curry-comb; dress; bandage panser — Soigner une plaie, une blessure, lui faire un pansement.