Overzicht
Duits naar Engels:   Meer gegevens...
  1. Siegel:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Siegel (Duits) in het Engels

Siegel:

Siegel [das ~] zelfstandig naamwoord

  1. Siegel (Stempel; Gepräge; Amtssiegel; )
    the stamp; the imprint; the hallmark; the impress; the seal
    • stamp [the ~] zelfstandig naamwoord
    • imprint [the ~] zelfstandig naamwoord
    • hallmark [the ~] zelfstandig naamwoord
    • impress [the ~] zelfstandig naamwoord
    • seal [the ~] zelfstandig naamwoord
  2. Siegel (Gütezeichen; Qualitätszeichen)
    the quality mark; the hallmark; the control stamp
  3. Siegel (Gewähr; Marke; Garantie; Garantieschein)
    the warrant; the guarantee; the security; the seal; the imprint; the stamp
    • warrant [the ~] zelfstandig naamwoord
    • guarantee [the ~] zelfstandig naamwoord
    • security [the ~] zelfstandig naamwoord
    • seal [the ~] zelfstandig naamwoord
    • imprint [the ~] zelfstandig naamwoord
    • stamp [the ~] zelfstandig naamwoord
  4. Siegel (Freimarken; Quittungsmarke; Stempel; Briefmarken)
    the seals; the stamps
    • seals [the ~] zelfstandig naamwoord
    • stamps [the ~] zelfstandig naamwoord
  5. Siegel (Gütesiegel; Marke)
    the hallmark; the stamp
    • hallmark [the ~] zelfstandig naamwoord
    • stamp [the ~] zelfstandig naamwoord
  6. Siegel (Siegelabdruck)
    the seal printing

Vertaal Matrix voor Siegel:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
control stamp Gütezeichen; Qualitätszeichen; Siegel Kontrollstempel
guarantee Garantie; Garantieschein; Gewähr; Marke; Siegel Bürge; Bürgschaft; Garantie; Garantieschein; Gewähr; Gewährleistung; Pfand; Sicherheit; Sicherung; Unterpfand; gratis Kundendienst
hallmark Amtssiegel; Garantieschein; Gepräge; Gütesiegel; Gütezeichen; Klebemarke; Lacksiegel; Marke; Qualitätszeichen; Siegel; Stempel; Stempelbogen; Stempeln Charakterisierung; Eigenschaft; Kennzeichnung
impress Amtssiegel; Garantieschein; Gepräge; Klebemarke; Lacksiegel; Marke; Siegel; Stempel; Stempelbogen; Stempeln
imprint Amtssiegel; Garantie; Garantieschein; Gepräge; Gewähr; Klebemarke; Lacksiegel; Marke; Siegel; Stempel; Stempelbogen; Stempeln
quality mark Gütezeichen; Qualitätszeichen; Siegel
seal Amtssiegel; Garantie; Garantieschein; Gepräge; Gewähr; Klebemarke; Lacksiegel; Marke; Siegel; Stempel; Stempelbogen; Stempeln Eichung; Klebemarke; Robbe; Seebär; Seehund; Stempelmarke; Versiegeln
seal printing Siegel; Siegelabdruck
seals Briefmarken; Freimarken; Quittungsmarke; Siegel; Stempel Seehunde; Seerobben
security Garantie; Garantieschein; Gewähr; Marke; Siegel Anlagepapier; Bürge; Bürgschaft; Garantie; Garantieschein; Geborgenheit; Gewähr; IT-Sicherheit; Kaution; Pfand; Protektion; Schutz; Sicherheit; Sicherheitsleistung; Sicherstellung; Sicherung; Unterpfand; Wertpapier
stamp Amtssiegel; Garantie; Garantieschein; Gepräge; Gewähr; Gütesiegel; Klebemarke; Lacksiegel; Marke; Siegel; Stempel; Stempelbogen; Stempeln Briefmarke; Klebemarke; Postwertzeichen; Stempelmarke
stamps Briefmarken; Freimarken; Quittungsmarke; Siegel; Stempel Amtssiegel; Frankierkosten; Porto; Zustellgebühr
warrant Garantie; Garantieschein; Gewähr; Marke; Siegel Autorisation; Bevollmächtigung; Ermächtigung; Mandat; Prokura; Schreiben; Vollmacht; Zahlungsanweisung; schriftliche Aufforderung
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
guarantee garantieren; gewährleisten; sicherstellen; zusichern
hallmark als gangbar erkennen; kalibrieren
impress abdrucken; anrühren; ansprechen; ausdrucken; bedrücken; beeinflußen; drucken; einbeulen; eindrücken; einhämmern; einimpfen; einprägen; einschärfen; rühren; treffen
imprint einhämmern; einimpfen; einprägen; einschärfen
seal abdichten; abschliessen; abstempeln; beglaubigen; bekräftigen; besiegeln; dichten; isolieren; schließen; sperren; stempeln; verschließen; versiegeln; zumachen
stamp abstempeln; besiegeln; frankieren; freimachen; prägen; stempeln
warrant garantieren; gewährleisten; sicherstellen; zusichern

Synoniemen voor "Siegel":


Wiktionary: Siegel

Siegel
noun
  1. Stempel zum Abdrucken eines Zeichens
  2. Abdruck eines Siegels
  3. Darstellung, die als Siegelbild verwendet wird
Siegel
noun
  1. pattern, design
  2. something which will be visibly damaged when a container is opened
  3. security against leakage
  4. seal, signature or signet

Cross Translation:
FromToVia
Siegel seal zegel — een middel om een voorwerp zodanig af te sluiten dat er later nagegaan kan worden of het geopend is
Siegel seal; stamp cachet — objet avec lequel on marque une empreinte
Siegel seal sceau — Traductions à trier suivant le sens