Einfluß: vertaling Duits

Overzicht

Duits naar Engels: Meer gegevens...

Einfluß:
- influence
Wiktionary:
- Einfluß → mastery, hold, empire
- Einfluss → influence, leverage, influx, impact, clout, ascendancy
- Einfluss → influence, authority, ascendancy, ascendance

Duits

Uitgebreide vertaling voor Einfluß (Duits) in het Engels

Einfluss

noun

Einfluss

noun

any influence which is compounded or used to gain an advantage
- leverage → Einfluss
inward flow
- influx → Einfluss; Zufluss
(qualifier) element determining someone's character or individual tendencies
- influence → Einfluss
person or thing exerting such power or action
- influence → Einfluss; Beeinflusser
power to affect, control or manipulate
- influence → Einfluss
a significant or strong influence
- impact → Beeinflussung; Einwirkung; Einfluss
influence, effectiveness
- clout → Gewicht; Einfluss
supremacy; superiority; dominant control
- ascendancy → Einfluss; Vorherrschaft; Überlegenheit; Vormachtstellung; Vormacht

Cross Translation:

From	To	Via
• Einfluss	→ influence	↔ invloed — het vermogen om op anderen in te werken
• Einfluss	→ influence	↔ invloed — inwerking van een persoon, zaak of omstandigheid op een andere
• Einfluss	→ influence	↔ action — Opération par laquelle se produit un effet
• Einfluss	→ authority; ascendancy; ascendance	↔ autorité — pouvoir ou droit de commander, d’obliger quelqu’un à quelque chose.

der Einfluß (Einflüsse; Einwirkung; Beeinflussung; Macht)
the influence
- influence [the ~] zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
influence	Beeinflussung; Einfluß; Einflüsse; Einwirkung; Macht	Einführung; Einwirkung
Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
influence		anrühren; ansprechen; beeinflussen; beeinflußen; rühren; steuern; treffen; wirken auf