Home ->Woordenboeken ->Duits/Engels ->Zoek: zerstreuen

Duitse en Engelse zoekresultaten voor: zerstreuen

Overzicht

Duits naar Engels: Meer gegevens...

zerstreuen:
- divert; amuse; entertain someone
Wiktionary:
- zerstreuen → scatter, disperse, dissipate, dispel
- zerstreuen → disperse, distract, entertain, amuse, divert, take away, remove, abstract, spread, punctuate, stud, stipple, shower, strew, disseminate, propagate, scatter, spill

Duits

Uitgebreide vertaling voor zerstreuen (Duits) in het Engels

zerstreuen:

zerstreuen werkwoord (zerstreue, zerstreust, zerstreut, zerstreute, zerstreutet, zerstreut)

zerstreuen (amüsieren; unterhalten; ablenken; ableiten)
to divert; to amuse; entertain someone
- divert werkwoord (diverts, diverted, diverting)
- amuse werkwoord (amuses, amused, amusing)
- entertain someone werkwoord

Conjugations for zerstreuen:

Präsens

zerstreue
zerstreust
zerstreut
zerstreuen
zerstreut
zerstreuen

Imperfekt

zerstreute
zerstreutest
zerstreute
zerstreuten
zerstreutet
zerstreuten

Perfekt

habe zerstreut
hast zerstreut
hat zerstreut
haben zerstreut
habt zerstreut
haben zerstreut

1. Konjunktiv [1]

zerstreue
zerstreuest
zerstreue
zerstreuen
zerstreuet
zerstreuen

2. Konjunktiv

zerstreute
zerstreutest
zerstreute
zerstreuten
zerstreutet
zerstreuten

Futur 1

werde zerstreuen
wirst zerstreuen
wird zerstreuen
werden zerstreuen
werdet zerstreuen
werden zerstreuen

1. Konjunktiv [2]

würde zerstreuen
würdest zerstreuen
würde zerstreuen
würden zerstreuen
würdet zerstreuen
würden zerstreuen

Diverses

zerstreu!
zerstreut!
zerstreuen Sie!
zerstreut
zerstreuend

1. ich, 2. du, 3. er/sie/es, 4. wir, 5. ihr, 6. sie/Sie

Vertaal Matrix voor zerstreuen:

Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
amuse	ableiten; ablenken; amüsieren; unterhalten; zerstreuen	ergötzen; sich ergötzen an
divert	ableiten; ablenken; amüsieren; unterhalten; zerstreuen	abwenden; ergötzen; etwas ableiten von; sich ergötzen an; umlegen; umleiten
entertain someone	ableiten; ablenken; amüsieren; unterhalten; zerstreuen

Synoniemen voor "zerstreuen":

abarbeiten; abmühen; abplagen; mühen; abrackern; laborieren; rackern; schuften
abkapseln; abnabeln; abschotten; einigeln; isolieren; separieren; trennen; vereinzeln; zerteilen
auseinander jagen; auseinander treiben
ablenken
auflösen

Wiktionary: zerstreuen

zerstreuen

verb

in der Gegend verteilen, weit auseinanderstreuen
- zerstreuen → scatter; disperse

zerstreuen

verb

to drive away
- dissipate → zerstreuen
to drive away by scattering
- dispel → zerstreuen
to cause to separate
- scatter → zerstreuen

Cross Translation:

From	To	Via
• zerstreuen	→ disperse	↔ disperser — Séparer des personnes ou des choses qui formaient un assemblage et les envoyer en divers lieux.
• zerstreuen	→ distract; entertain; amuse; divert; take away; remove; abstract	↔ distraire — détourner de quelque application.
• zerstreuen	→ spread; punctuate; stud; stipple; shower; strew; disseminate; propagate; scatter	↔ parsemer — semer ou jeter çà et là ; répandre.
• zerstreuen	→ spill; spread	↔ répandre — épancher ; verser ; laisser tomber un liquide.

Computer vertaling door derden: