Overzicht
Duits naar Engels: Meer gegevens...
-
Amtssitz:
-
Wiktionary:
Amtssitz → official residence, office
-
Wiktionary:
Duits
Uitgebreide vertaling voor Amtssitz (Duits) in het Engels
Amtssitz: (*Woord en zin splitter gebruikt)
- Amt: office; organization; bureau; organisation
- Sitz: stool; easy chair; reclining chair; base; house; residence; home; arm chair; bench; chair; seat; work-bench; front bench; fit
Spelling Suggesties voor: Amtssitz
Wiktionary: Amtssitz
Amtssitz
noun
-
das Gebäude, in dem eine Behörde oder ein Amtsträger arbeitet
- Amtssitz → official residence; office
Computer vertaling door derden: