Home ->Woordenboeken ->Duits/Engels ->Zoek: wieder

Duitse en Engelse zoekresultaten voor: wieder

Overzicht

Duits naar Engels: Meer gegevens...

wieder:
- once again; again; once more; a second time; back
- once more; again
Wiktionary:
- wieder → again
- wieder → again

Duits

Uitgebreide vertaling voor wieder (Duits) in het Engels

wieder:

wieder bijvoeglijk naamwoord

wieder (nochmals; noch einmeal; auf's Neue)
once again; again; once more; a second time; back
- once again bijwoord
- again bijwoord
- once more bijwoord
- a second time bijvoeglijk naamwoord
- back bijvoeglijk naamwoord
wieder (nochmals; wiederum; abermals)
once again; once more
- once again bijwoord
- once more bijwoord

wieder

wieder (nochmal)
once more; again
- once more
- again

Vertaal Matrix voor wieder:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
back		Lehne; Rückenlehne; Rückenstütze; Rückseite; Verteidiger
Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
back		aushalten; beistehen; beitragen; einspringen; finanzieren; für etwas aufkommen; gutes tun; helfen; mildtätig sein; mithelfen; sekundieren; stützen
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
again	auf's Neue; noch einmeal; nochmals; wieder	abermals; schon wieder; wiederum; zum zweiten Male
once again	abermals; auf's Neue; noch einmeal; nochmals; wieder; wiederum	nochmal
once more	abermals; auf's Neue; noch einmeal; nochmals; wieder; wiederum	nochmal; schon wieder; wiederum
Over	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
again	nochmal; wieder
once more	nochmal; wieder
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
a second time	auf's Neue; noch einmeal; nochmals; wieder
back	auf's Neue; noch einmeal; nochmals; wieder	davor; entgegengesetzt; früher; gegensätzlich; in vergangener Zeit; rückwärts; vorher; wieder zurück; zurück

Synoniemen voor "wieder":

abermals; erneut; neuerlich; noch einmal; nochmals; von Neuem; wie gehabt; wiederholt; wiederum; zum wiederholten Mal; zum wiederholten Male

Wiktionary: wieder

wieder

adverb

ein oder mehrere weitere Male
- wieder → again
zeigt an, dass ein früherer Zustand hergestellt wird
- wieder → again

wieder

adverb

another time
- again → schon wieder; erneut; noch einmal; nochmal; wieder

Cross Translation:

From	To	Via
• wieder	→ again	↔ opnieuw — nog een keer, een vorige gebeurtenis herhalend
• wieder	→ again	↔ weder — nog een keer
• wieder	→ again	↔ weer — nog een keer
• wieder	→ again	↔ de nouveau — Une fois de plus, encore une fois.
• wieder	→ again	↔ encore — De nouveau
• wieder	→ again	↔ à nouveau — Encore une fois, en particulier d’une manière différente de la première fois, sur de nouvelles bases.

Verwante vertalingen van wieder