Home ->Woordenboeken ->Duits/Engels ->Zoek: gierig

Duitse en Engelse zoekresultaten voor: gierig

Overzicht
Duits naar Engels:   Meer gegevens...
  1. gierig:
  2. Wiktionary:

Duits

Uitgebreide vertaling voor gierig (Duits) in het Engels

gierig:

gierig bijvoeglijk naamwoord

  1. gierig (geizig; sparsam; nicht großherzig; )
    avaricious; stingy; miserly; niggardly
  2. gierig (gefräßig; begierig)
    voracious; gluttonous; greedy
  3. gierig (habgierig; habsüchtig)
    greedy; grasping; moneygrubbing
  4. gierig (eifrig; lüstern; erpicht; )
    eager; desirous; keen; avid; eagre
    • eager bijvoeglijk naamwoord, Amerikaans
    • desirous bijvoeglijk naamwoord
    • keen bijvoeglijk naamwoord
    • avid bijvoeglijk naamwoord
    • eagre bijvoeglijk naamwoord, Brits
  5. gierig (begierig)
    desirous; eager; greedy; covetous; avid; keen; thirsty; eagre
    • desirous bijvoeglijk naamwoord
    • eager bijvoeglijk naamwoord, Amerikaans
    • greedy bijvoeglijk naamwoord
    • covetous bijvoeglijk naamwoord
    • avid bijvoeglijk naamwoord
    • keen bijvoeglijk naamwoord
    • thirsty bijvoeglijk naamwoord
    • eagre bijvoeglijk naamwoord, Brits

Vertaal Matrix voor gierig:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
avaricious geizig; gierig; habgierig; habsüchtig; knauserig; knickerig; knickrig; nicht großherzig; sparsam
avid begehrlich; begierig; eifrig; erpicht; gierig; hungrig; lüstern; verlangend; zugespitzt
covetous begierig; gierig
desirous begehrlich; begierig; eifrig; erpicht; gierig; hungrig; lüstern; verlangend; zugespitzt begierig; lüstern; verlangend
eager begehrlich; begierig; eifrig; erpicht; gierig; hungrig; lüstern; verlangend; zugespitzt ausgelassen; begeistert; beseelt; enthusiastisch; fröhlich; heiter; lustig; munter; stürmisch
eagre begehrlich; begierig; eifrig; erpicht; gierig; hungrig; lüstern; verlangend; zugespitzt ausgelassen; begeistert; beseelt; enthusiastisch; fröhlich; heiter; lustig; munter; stürmisch
gluttonous begierig; gefräßig; gierig
grasping gierig; habgierig; habsüchtig
greedy begierig; gefräßig; gierig; habgierig; habsüchtig
keen begehrlich; begierig; eifrig; erpicht; gierig; hungrig; lüstern; verlangend; zugespitzt aufgeweckt; ausgelernt; ausgeschlafen; begierig auf; behende; clever; fachmännisch; fähig; geistreich; gekonnt; gescheit; geschickt; geschult; gewandt; gewitzt; geübt; glühend; handlich; klug; kundig; leidenschaftlich; pfiffig; sachverständig; scharfsichtig; scharfsinnig; schlau; spitzfindig; tüchtig; versessen auf; zugespitzt
stingy geizig; gierig; habgierig; habsüchtig; knauserig; knickerig; knickrig; nicht großherzig; sparsam falsch; fingiert; gemein; heimtückisch; hinterhältig; hinterlistig; mies; niederträchtig; schofel; schuftig; schweinisch; schäbig; tückisch; verächtlich
thirsty begierig; gierig durstig
voracious begierig; gefräßig; gierig
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
miserly geizig; gierig; habgierig; habsüchtig; knauserig; knickerig; knickrig; nicht großherzig; sparsam
moneygrubbing gierig; habgierig; habsüchtig
niggardly geizig; gierig; habgierig; habsüchtig; knauserig; knickerig; knickrig; nicht großherzig; sparsam schweinisch; schäbig; tückisch; verächtlich

Synoniemen voor "gierig":


Wiktionary: gierig

gierig
adjective
  1. like a miser; very covetous; stingy
  2. eager, having a desire for something
  3. having greed; consumed by selfish desires
  4. greedy
  5. excited by desire in the pursuit of any object
  6. covetous, meanly avaricious
  7. having a great appetite for anything
Cross Translation:
FromToVia
• gierig → avid; desirous; eager; acquisitive; greedy ↔ avide — Qui a de l’avidité
• gierig → glutton; gluttonous; greedy ↔ goulu — Qui aime à manger, qui mange avec avidité.
• gierig → voracious ↔ vorace — Qui dévore, qui mange avec avidité

Computer vertaling door derden:






Uw gratis, snelle en simpele vertaal woordenboek

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Pagina gepresenteerd in 0.0503 seconde
Page rendered in 1.0 seconds