Overzicht
Duits naar Engels: Meer gegevens...
-
belauschen:
-
Wiktionary:
belauschen → eavesdrop
belauschen → eavesdrop -
Synoniemen voor "belauschen":
bespitzeln; abhören; ablauschen; aushorchen; lauschen; mithören; mitschneiden; nachspionieren
-
Wiktionary:
Duits
Uitgebreide vertaling voor belauschen (Duits) in het Engels
belauschen:
Synoniemen voor "belauschen":
Wiktionary: belauschen
belauschen
Cross Translation:
verb
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• belauschen | → eavesdrop | ↔ afluisteren — ongemerkt luisteren naar de communicatie van anderen |