Home ->Woordenboeken ->Duits/Engels ->Zoek: Plätzchen

Duitse en Engelse zoekresultaten voor: Plätzchen

Overzicht

Duits naar Engels: Meer gegevens...

Plätzchen:
- spot
Wiktionary:
- Plätzchen → biscuit, cookie
- Plätzchen → gingerbread, biscuit, cookie, cake

Duits

Uitgebreide vertaling voor Plätzchen (Duits) in het Engels

Plätzchen:

Plätzchen [das ~] zelfstandig naamwoord

Plätzchen
the spot
- spot [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Plätzchen:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
spot	Plätzchen	Fleck; Flecken; Klecks; Pickel; Pustel; Reklame; Reklamefilm; Werbefilm; Werbung
Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
spot		auflösen; ausfindig machen; entdecken; herausbekommen; herausbringen; hinterkommen

Synoniemen voor "Plätzchen":

Guezli; Backwerk; Gebäck

Wiktionary: Plätzchen

Plätzchen

noun

kleines, flaches Gebäck
- Plätzchen → biscuit; cookie

Cross Translation:

From	To	Via
• Plätzchen	→ gingerbread; biscuit; cookie; cake	↔ koek — voeding\|nld een baksel uit de oven met als belangrijkste ingrediënt deeg. Er zijn veel varianten, bijvoorbeeld met chocola, rozijnen of glazuur

Computer vertaling door derden: