Home ->Woordenboeken ->Duits/Engels ->Zoek: Menge

Duitse en Engelse zoekresultaten voor: Menge

Overzicht
Duits naar Engels:   Meer gegevens...
  1. Menge:
  2. mengen:
  3. Wiktionary:

Duits

Uitgebreide vertaling voor Menge (Duits) in het Engels

Menge:

Menge [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Menge (Anzahl; Quantität; Zahl; Quantum)
    the quantity; the amount; the number; the dose; the size
    • quantity [the ~] zelfstandig naamwoord
    • amount [the ~] zelfstandig naamwoord
    • number [the ~] zelfstandig naamwoord
    • dose [the ~] zelfstandig naamwoord
    • size [the ~] zelfstandig naamwoord
  2. die Menge (Partie)
    the quantity; the parcel; the lot
    • quantity [the ~] zelfstandig naamwoord
    • parcel [the ~] zelfstandig naamwoord
    • lot [the ~] zelfstandig naamwoord
  3. die Menge (große Masse; Haufen; Berg; Masse)
    the mass; the multitude; the heap; the load; the quite a lot; the a whole lot; the lot
    • mass [the ~] zelfstandig naamwoord
    • multitude [the ~] zelfstandig naamwoord
    • heap [the ~] zelfstandig naamwoord
    • load [the ~] zelfstandig naamwoord
    • quite a lot [the ~] zelfstandig naamwoord
    • a whole lot [the ~] zelfstandig naamwoord
    • lot [the ~] zelfstandig naamwoord
  4. die Menge (Ansammlung; Häufung; Haufen)
    the accumulation; the collection; the gathering; the clutter; the compilation; the pile; the pack; the sorting; the sifting; the piling up
  5. die Menge (Klumpen; Berg; Haufen)
    the pile; the bunch; the heap; the lot; the crowd
    • pile [the ~] zelfstandig naamwoord
    • bunch [the ~] zelfstandig naamwoord
    • heap [the ~] zelfstandig naamwoord
    • lot [the ~] zelfstandig naamwoord
    • crowd [the ~] zelfstandig naamwoord
  6. die Menge (Haufen; Masse; Stapel)
    the lots; the quite a lot; the tons; the a whole lot
    • lots [the ~] zelfstandig naamwoord
    • quite a lot [the ~] zelfstandig naamwoord
    • tons [the ~] zelfstandig naamwoord
    • a whole lot [the ~] zelfstandig naamwoord
  7. die Menge (Horde; Haufen; Schar; Truppe)
    the crowd; the herd; the clutter; the bunch; the troop; the wattle; the lot; the heap; the gang; the troupe; the load; the party; the pack
    • crowd [the ~] zelfstandig naamwoord
    • herd [the ~] zelfstandig naamwoord
    • clutter [the ~] zelfstandig naamwoord
    • bunch [the ~] zelfstandig naamwoord
    • troop [the ~] zelfstandig naamwoord
    • wattle [the ~] zelfstandig naamwoord
    • lot [the ~] zelfstandig naamwoord
    • heap [the ~] zelfstandig naamwoord
    • gang [the ~] zelfstandig naamwoord
    • troupe [the ~] zelfstandig naamwoord
    • load [the ~] zelfstandig naamwoord
    • party [the ~] zelfstandig naamwoord
    • pack [the ~] zelfstandig naamwoord
  8. die Menge (Stapel; Haufen; Ansammlung; )
    the heap
    • heap [the ~] zelfstandig naamwoord
  9. die Menge (Schar; Schwarm; Herde; )
    the flock; the herd; the common herd; the mob; the horde; the drove; the crowd; the multitude
    • flock [the ~] zelfstandig naamwoord
    • herd [the ~] zelfstandig naamwoord
    • common herd [the ~] zelfstandig naamwoord
    • mob [the ~] zelfstandig naamwoord
    • horde [the ~] zelfstandig naamwoord
    • drove [the ~] zelfstandig naamwoord
    • crowd [the ~] zelfstandig naamwoord
    • multitude [the ~] zelfstandig naamwoord
  10. die Menge
    the quite a lot; the heap; the lot
    • quite a lot [the ~] zelfstandig naamwoord
    • heap [the ~] zelfstandig naamwoord
    • lot [the ~] zelfstandig naamwoord
  11. die Menge (großes und dickes Stück; Brocken; Klumpen)
    the chunk
    • chunk [the ~] zelfstandig naamwoord
  12. die Menge (Trupp; Gedränge; Getreibe; )
    the crowd; the group
    • crowd [the ~] zelfstandig naamwoord
    • group [the ~] zelfstandig naamwoord
  13. die Menge (Ansammlung; Haufen; Stoß; Häufung; Masse)
    the accumulation; the pile; the heap; the piling up; the load
    • accumulation [the ~] zelfstandig naamwoord
    • pile [the ~] zelfstandig naamwoord
    • heap [the ~] zelfstandig naamwoord
    • piling up [the ~] zelfstandig naamwoord
    • load [the ~] zelfstandig naamwoord
  14. die Menge (Andrang; Schar; Schwarm; )
    the gathering; the group; the crowd
    • gathering [the ~] zelfstandig naamwoord
    • group [the ~] zelfstandig naamwoord
    • crowd [the ~] zelfstandig naamwoord
  15. die Menge (benannte Menge)
    the set; the named set
    – A grouping of dimension members or items from a data source that are named and treated as a single unit and can be referenced or reused multiple times. 1
    • set [the ~] zelfstandig naamwoord
    • named set [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Menge:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
a whole lot Berg; Haufen; Masse; Menge; Stapel; große Masse
accumulation Ansammlung; Haufen; Häufung; Masse; Menge; Stoß Anhäufen; Anhäufung; Ansammeln; Ansammlung; Aufhäufung; Aufstapeln; Kapitalbildung; Kapitalbildung/Zusammenfassung; Stapeln; Zusammenrottung
amount Anzahl; Menge; Quantität; Quantum; Zahl Betrag; Geldbetrag; Geldsumme; Gesamtbetrag; Quantum; Summe; Totalbetrag; Totalsumme
bunch Berg; Haufen; Horde; Klumpen; Menge; Schar; Truppe Ansammlung; Bausch; Bund; Busch; Bündel; Büschel; Garbe; Zusammenrottung; bestimmter Menge
chunk Brocken; Klumpen; Menge; großes und dickes Stück Block; Brocken; Fragment; Kandisstückchen; Klumpen; Klümpchen; Scholle; Stück; Würfel; Würfelzucker; Zuckerwürfel
clutter Ansammlung; Haufen; Horde; Häufung; Menge; Schar; Truppe Ansammlung; Zusammenrottung
collection Ansammlung; Haufen; Häufung; Menge Ansammlung; Auflistung; Collections; Einforderung; Einkassieren; Einsammlung; Forderung; Geldsammlung; Kollekte; SMS-Sammlung; Sammlung; Zusammenrottung
common herd Haufen; Herde; Horde; Masse; Menge; Schar; Schwarm; Trupp; Volksmenge
compilation Ansammlung; Haufen; Häufung; Menge Ansammlung; Einsammlung; Haufen; Häufung; Kompilation; Sammlung; Zusammenbringen
crowd Andrang; Ansturm; Berg; Gedränge; Gemenge; Getreibe; Gewühl; Haufen; Herde; Horde; Klumpen; Masse; Menge; Menschenmenge; Schar; Schwarm; Trupp; Truppe; Volksmenge Ansammlung; Bande; Emsigkeit; Gedränge; Getreibe; Getue; Gewimmel; Gewirr; Gewühl; Horde; Menschenmasse; Menschenmenge; Meute; Rummel; Treiben; Volksmenge; Zusammenrottung
dose Anzahl; Menge; Quantität; Quantum; Zahl Abgabe; Dose; Dosieren; Dosis; Gabe; Portion
drove Haufen; Herde; Horde; Masse; Menge; Schar; Schwarm; Trupp; Volksmenge
flock Haufen; Herde; Horde; Masse; Menge; Schar; Schwarm; Trupp; Volksmenge Gemeinde; Stadt
gang Haufen; Horde; Menge; Schar; Truppe Ansammlung; Armee; Bande; Gruppe; Heer; Horde; Meute; Partei; Team; Zusammenrottung
gathering Andrang; Ansammlung; Ansturm; Gedränge; Gewühl; Haufen; Häufung; Masse; Menge; Schar; Schwarm; Trupp; Volksmenge Ansammlung; Begegnung; Beisammensein; Beratung; Besprechung; Einberufung; Einholen; Einsammlung; Einziehen; Geldsammlung; Kollekte; Konferenz; Kongreß; Sitzung; Tagung; Treffen; Unterredung; Veranstaltung; Verhandlung; Versammlung; Zusammenkunft; Zusammenrottung; Zusammenrufung; Zusammensein; Zusammentreffen
group Andrang; Ansturm; Gedränge; Gemenge; Getreibe; Gewühl; Masse; Menge; Menschenmenge; Schar; Schwarm; Trupp; Volksmenge Begleitung; Ensemble; Gemeinde; Gesellschaft; Gesellschaftsschicht; Gruppe; Gruppe von Menschen; Horde; Kategorie; Klasse; Kontaktgruppe; Partei; Schar; Schicht; Schub; Stamm; Stand; Team; Trupp; Truppe; Verteilergruppe; Verteilerliste
heap Ansammlung; Berg; Haufen; Horde; Häufung; Klumpen; Masse; Menge; Schar; Stapel; Stoß; Truppe; große Masse Chaos; Durcheinander; Heap; Rummel; Wirrwarr
herd Haufen; Herde; Horde; Masse; Menge; Schar; Schwarm; Trupp; Truppe; Volksmenge
horde Haufen; Herde; Horde; Masse; Menge; Schar; Schwarm; Trupp; Volksmenge Bande; Horde; Meute
load Ansammlung; Berg; Haufen; Horde; Häufung; Masse; Menge; Schar; Stoß; Truppe; große Masse Auslastung; Beladung; Belästigung; Fracht; Frachtgut; Gut; Ladung; kleine Fracht; Überbelästigung
lot Berg; Haufen; Horde; Klumpen; Masse; Menge; Partie; Schar; Truppe; große Masse Aufbau; Bau; Baugelände; Bauland; Baustelle; Bereich; Bürge; Bürgschaft; Ebene; Einsatz; Einsätze; Erbauung; Errichtung; Fläche; Garantie; Garantieschein; Gebiet; Gebilde; Gebäude; Gelände; Geschick; Gewähr; Grundstück; Haus; Häuser; Kavelung; Komplex; Konstruktion; Los; Los des Lebens; Partie; Parzelle; Pfand; Posten; Schicksal; Schoß; Sicherheit; Struktur; Teil; Unterpfand
lots Haufen; Masse; Menge; Stapel
mass Berg; Haufen; Masse; Menge; große Masse Dienst; Gefälligkeit; Gottesdienst; Gunst; Messe; Schenkung; Sold; Spende; Stelle; Stiftung; Zuwendung
mob Haufen; Herde; Horde; Masse; Menge; Schar; Schwarm; Trupp; Volksmenge Angelgerät; Gelichter; Geschirr; Gesindel; Gezücht; Lumpengesindel; Plebs; Pöbel; Sippschaft; Volksmenge
multitude Berg; Haufen; Herde; Horde; Masse; Menge; Schar; Schwarm; Trupp; Volksmenge; große Masse Fülle; Mannigfaltigkeit; Reichlichkeit; Stattlichkeit; Verschiedenartigkeit; Volksmenge; Üppigkeit
named set Menge; benannte Menge
number Anzahl; Menge; Quantität; Quantum; Zahl Folgenummer; Numerus; Nummer; Quantum; Rangnummer; Zahl; Ziffer
pack Ansammlung; Haufen; Horde; Häufung; Menge; Schar; Truppe Gepäck
parcel Menge; Partie Baugelände; Bauland; Baustelle; Bereich; Ebene; Einsatz; Einsätze; Fläche; Gebiet; Gebäude; Gelände; Grundstück; Haus; Häuser; Kaveling; Kavelung; Paket; Partie; Parzelle; Posten; Postpaket; Päckchen; kleine Paket
party Haufen; Horde; Menge; Schar; Truppe Ansammlung; Bankett; Begleitung; Empfänge; Ensemble; Feier; Feierlichkeit; Fest; Festessen; Festlichkeit; Fete; Galadiner; Gemeinde; Gesellschaft; Gruppe; Horde; Klasse; Partei; Party; Schar; Schub; Stamm; Stattlichkeit; Team; Trupp; Vierung; Zeremonie; Zusammenrottung; festlicheMaal; politische Gruppierung; politische Partei
pile Ansammlung; Berg; Haufen; Häufung; Klumpen; Masse; Menge; Stoß Falle; Grundsäule; Klampe; Klemme; Kolumne; Krampe; Milbe; Pfahl; Rammpfahl; Spalte
piling up Ansammlung; Haufen; Häufung; Masse; Menge; Stoß Agglomoration; Anhäufen; Erhöhen
quantity Anzahl; Menge; Partie; Quantität; Quantum; Zahl Abgabe; Dose; Dosis; Gabe; Portion; Quantum
quite a lot Berg; Haufen; Masse; Menge; Stapel; große Masse
set Menge; benannte Menge Ansammlung; Clique; Freundeskreis; Gespann; Gruppe von zwei oder mehr; Paar; Partie; Satz; Schlacht; Spiel; Spielchen; Spielraum; Streit; Wettbewerb; Wettkampf; Wettstreit; Zusammenrottung; bestimmter Menge
sifting Ansammlung; Haufen; Häufung; Menge Aussuchen; Selektieren
size Anzahl; Menge; Quantität; Quantum; Zahl Abmessung; Ausdehnung; Ausmaß; Bedeutung; Dimension; Erscheinen; Erscheinung; Figur; Format; Gestalt; Größe; Inhalt; Positur; Statur; Volumen; Wuchs
sorting Ansammlung; Haufen; Häufung; Menge Auslese; Aussonderung; Aussuchen; Auswahl; Einteilung; Selektieren; Sortieren; Sortierung
tons Haufen; Masse; Menge; Stapel
troop Haufen; Horde; Menge; Schar; Truppe
troupe Haufen; Horde; Menge; Schar; Truppe Ensemble; Theaterensemble; Theatergesellschaft; Theatergruppe
wattle Haufen; Horde; Menge; Schar; Truppe
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
collection einsammeln; kollektieren; sammeln
dose bei Bedarf nehmen; dosieren
group einteilen; gliedern; gruppieren; klassifizieren; ordnen; sortieren
heap überhäufen; überschütten
herd behüten; hüten; schutzen
horde ansammeln; sammeln; versammeln
load Schwerer machen; aufladen; befrachten; beladen; belasten; beschweren; einladen; elektricität aufladen; erschweren; laden; schwerer machen; verladen; verstärken
lot parzellieren
number numerieren
pack einpacken; einwickeln; komprimieren; packen; verpacken; zusammendrücken; zusammenpressen
party einFestfeiern; feiern; zelebrieren
set ablegen; abstellen; abstreifen; anbringen; aufstellen; austreiben; beisetzen; einführen; einnieten; einordnen; einräumen; einrücken; einsetzen; einsinken; einstellen; einstürzen; fallen; gleichstellen; gruppieren; herstellen; herunterrutschen; hinlegen; hinstellen; initiieren; installieren; legen; räumlich anordnen; senken; setzen; sichsenken; sickern; sinken; stationieren; steif werden; stellen; synchronisieren; umkommen; unterbringen; untergehen; versenken; versinken
size Größe anpassen
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
set erstarrt; starr; starrköpfig; steif; stramm; stramm gespannen; unbeugsam
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
lots viel
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
multitude alles mögliche; von allem etwas
quite a lot sehr viel; ziemlich; ziemlich viel

Synoniemen voor "Menge":


Wiktionary: Menge

Menge
noun
  1. Mathematik: eine Zusammenfassung von verschiedenen, eindeutig angegebenen Element
    • Menge → set
  2. eine bestimmte Anzahl von Einheit
  3. eine Vielzahl (nur mit unbestimmtem Artikel, meist im Singular benutzt)
Menge
noun
  1. number of things taken collectively
  2. informal: a number of people taken collectively
  3. large number or amount or extent
  4. multiple related objects
  5. quantity or volume
  6. total or sum of items
  7. fundamental, generic term used when referring to the measurement
  8. set theory: collection of objects
Cross Translation:
FromToVia
• Menge → set ↔ verzameling — wiskundige verzameling
• Menge → crowd ↔ menigte — een grote groep mensen dicht op elkaar
• Menge → multitude; a lot ↔ hoop — grote hoeveelheid
• Menge → amount ↔ hoeveelheid — de kwantiteit waarin iets aanwezig is
• Menge → abundance; plenty; richness; affluence; wealth ↔ abondance — Grande quantité
• Menge → set ↔ ensemble — Collection d’éléments ou de nombres ayant en commun une ou plusieurs propriétés qui les caractérisent
• Menge → mass; lot; lump; crowd; heap; multitude; pile; accumulation; body; swarm; ground ↔ masse — amas de plusieurs parties qui faire corps ensemble.
• Menge → abundance; plenty; richness; affluence; wealth ↔ profusion — grand abondance.
• Menge → quantity; degree; rate; amount ↔ quantité — Tout ce qui peut être mesurer ou nombré, de tout ce qui est susceptible d’accroissement ou de diminution.

Menge vorm van mengen:

mengen werkwoord (menge, mengst, mengt, mengte, mengtet, gemengt)

  1. mengen (vermengen; mischen; vermischen; anrühren)
    to blend; to alloy; stir together; to mix
    • blend werkwoord (blends, blended, blending)
    • alloy werkwoord (alloies, alloyed, alloying)
    • stir together werkwoord
    • mix werkwoord (mixes, mixed, mixing)
  2. mengen (durcheinanderbringen; mischen; durchschütteln)
    to mix
    • mix werkwoord (mixes, mixed, mixing)

Conjugations for mengen:

Präsens
  1. menge
  2. mengst
  3. mengt
  4. mengen
  5. mengt
  6. mengen
Imperfekt
  1. mengte
  2. mengtest
  3. mengte
  4. mengten
  5. mengtet
  6. mengten
Perfekt
  1. habe gemengt
  2. hast gemengt
  3. hat gemengt
  4. haben gemengt
  5. habt gemengt
  6. haben gemengt
1. Konjunktiv [1]
  1. menge
  2. mengest
  3. menge
  4. mengen
  5. menget
  6. mengen
2. Konjunktiv
  1. mengte
  2. mengtest
  3. mengte
  4. mengten
  5. mengtet
  6. mengten
Futur 1
  1. werde mengen
  2. wirst mengen
  3. wird mengen
  4. werden mengen
  5. werdet mengen
  6. werden mengen
1. Konjunktiv [2]
  1. würde mengen
  2. würdest mengen
  3. würde mengen
  4. würden mengen
  5. würdet mengen
  6. würden mengen
Diverses
  1. meng!
  2. mengt!
  3. mengen Sie!
  5. gemengt
  6. mengend
1. ich, 2. du, 3. er/sie/es, 4. wir, 5. ihr, 6. sie/Sie

Vertaal Matrix voor mengen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
alloy Legierung; Metallverbindung; Metallverschmelzung
blend Durcheinander; Gemisch; Melange; Mischung
mix Gemisch; Mengen; Mischen; Mischung; Mixen; Mixtur; Vermischen
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
alloy anrühren; mengen; mischen; vermengen; vermischen
blend anrühren; mengen; mischen; vermengen; vermischen bemühen
mix anrühren; durcheinanderbringen; durchschütteln; mengen; mischen; vermengen; vermischen bemühen; bewegen; mischen; rühren; zusammenbringen
stir together anrühren; mengen; mischen; vermengen; vermischen bemühen

Synoniemen voor "mengen":

  • einblenden; einkopieren; mischen; zusammenschneiden; überlagern
  • dazumischen; einrühren; unterrühren

Wiktionary: mengen

Cross Translation:
FromToVia
• mengen → mix; blend; mingle; shuffle ↔ mélanger — Unir plusieurs choses ensemble pour former un tout
• mengen → return; turn over; turn around; turn round; inside out; turn; revolve; whirl; relay; resend; send back; blend; mingle; mix; shuffle; invert; reverse ↔ retourner — aller de nouveau en un lieu.

Computer vertaling door derden:

Verwante vertalingen van Menge







Uw gratis, snelle en simpele vertaal woordenboek

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Pagina gepresenteerd in 0.1093 seconde
Page rendered in 1.0 seconds