Overzicht
Duits naar Engels:   Meer gegevens...
  1. ungebändigt:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor ungebändigt (Duits) in het Engels

ungebändigt:

ungebändigt bijvoeglijk naamwoord

  1. ungebändigt (ungezähmt)
    wild; feral; untamed; unbroken

Vertaal Matrix voor ungebändigt:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
wild Wild
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
feral ungebändigt; ungezähmt
unbroken ungebändigt; ungezähmt andauernd; anhaltend; dauernd; fortwährend; immer; konstant; ständig; ununterbrochen; unverdrossen
untamed ungebändigt; ungezähmt
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
wild ungebändigt; ungezähmt auf gut Glück; aufs Geratewohl; außergewöhnlich; chaotisch; kochend; originell; siedend; unbändig; unordentlich; unvergleichbar; unvergleichlich; verwildert; zerzaust

Wiktionary: ungebändigt

ungebändigt
adjective
  1. nicht unter Kontrolle gehalten; ohne Zurückhaltung oder Einschränkung