Duits
Uitgebreide vertaling voor Missstand (Duits) in het Engels
Missstand:
Synoniemen voor "Missstand":
Wiktionary: Missstand
Missstand
noun
-
ein schlechter Zustand, der nicht der Erwartung, den Gesetzen, Vorschriften und Ähnlichem entspricht
- Missstand → deficiency
Mißstand:
-
der Mißstand (Unrecht; Mißverhältnis; Falsche)
-
der Mißstand (Wahnzustand)
Vertaal Matrix voor Mißstand:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
abusive situation | Mißstand; Wahnzustand | |
atrocity | Mißstand; Wahnzustand | Abscheu; Ekel; Greuel; Greueltat; Schrecken; Schrecknis; Untat; Verabscheuung; Widerwille |
wrong | Falsche; Mißstand; Mißverhältnis; Unrecht | Falsche; Ungerechtigkeit; Unrecht; Unrechtfertigkeit |
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
wrong | durcheinander; falsch; fehlerhaft; im Irrtum; irrtümlicherweise; konfus; unrichtig; verkehrt; verschmitzt; verstört; verwirrt; wirr |
Computer vertaling door derden:
Engels
Uitgebreide vertaling voor Missstand (Engels) in het Duits
Missstand: (*Woord en zin splitter gebruikt)
- miss: verpassen; verfehlen; einschießen; Fräulein; Lehrerin; jungeFrau; vermissen; Fehler; Irrtum; Versehen; Mißerfolg; Verfehlung; Fehlgriff; Fehlschlag; Fehlschuß; Mißgriff; Auslassung; vorbeisehen; fehlwerfen; vorbei werfen
- stand: Stand; Bude; Ausstellungsstand; Verkaufsbude; Fahrgestell; Untergestell; Stellungnahme; ausgestreckt halten; Säulensockel; Säulenfuß; Ansicht; Anschauung; Denkweise; Ansichtsweise; tragen; erfahren; erleben; bestehen; leiden; fühlen; sinken; vertragen; ertragen; ausgeben; überstehen; erleiden; stehlen; aushalten; verzehren; durchhalten; untergehen; verdauen; dulden; verbrauchen; aufbrauchen; zehren; erdulden; ausharren; standhalten; überdauern; durchmachen; aufzehren; Unterlage; Untersetzer; Setdeckchen; Sockel; Gestell; Fußgestell; Zeugenbank; stehen
Computer vertaling door derden: