Duits
Uitgebreide synoniemen voor Frei- in het Duits
Frei-:
-
Frei-
unbedeckt; frei; im Freien; nichtüberdacht; Frei-; unverhüllt; im freien-
unbedeckt bijvoeglijk naamwoord
-
frei bijvoeglijk naamwoord
-
im Freien bijvoeglijk naamwoord
-
nichtüberdacht bijvoeglijk naamwoord
-
Frei- bijvoeglijk naamwoord
-
unverhüllt bijvoeglijk naamwoord
-
im freien bijvoeglijk naamwoord
-